Je bent er wel , ik ben er niet – nu weet ik wat het is – ik voel het hier onder mijn vel – het is dat ik je mis – missen, missen -het is een soort van spijt – missen, missen – een soort van korte eeuwigheid – ik ben er wel, jij bent er niet – nu weet ik wat het is – het lijkt een beetje op verdriet – het is dat ik je mis
Deze tekst zingt al een paar dagen in mijn hoofd. Vanmorgen luisterde ik weer naar het liedje.
De eekhoorn en de mier missen elkaar. In de dierenverhalen ‘Misschien wisten zij alles’ van Toon Tellegen.
Als ik de eekhoorn was dan mis ik de mier. Als ik de mier was dan mis ik de eekhoorn.
Dezer dagen voel ik soms een diep gemis. Een extra gemis, ik kan het niet helpen.
Ik geloof dat deze quarantaine toestanden het meebrengen en het gewone gemis nog verinnigen. Ik deel het omdat ik ook geloof dat heel velen dezer dagen ook een gemis voelen. Het gemis aan het gewone, aan je geliefde, aan je vrienden, aan een kus, je collega’s, familie, je werk, aan een omhelzing, je hobbies, je plannen, kunnen plannen, voor wie hard werkt : aan rust, aan veiligheid en relatieve zekerheid, je inkomen, je gezondheid misschien, mensen zien, het leven daarbuiten..vul zelf maar verder in.
Het is een gemis dat chronisch zieken kennen, waar ze elke dag moeten mee omgaan, maar hen geen voorsprong geeft. Het is een gemis dat gezonde mensen nu voor een deel leren kennen en waar ze ook moeten mee omgaan. Het is een kans voor hen om meer begrip te verwerven. Of niet. En het is ook een extra laagje in het gemis dat je ervaart als je weet, dat wanneer straks iedereen het leven zal hervatten, en de schade zal proberen inhalen, dat jij zal moeten thuis blijven, en niet zal meekunnen met al de rest.
Dat ‘niet meekunnen’ dat je zo mist. Niet mee kunnen doen, waar een hoop anderen nu voor het eerst mee geconfronteerd worden. Want ook zij kunnen het nu niet. Er valt ook nergens aan mee te doen, want het openbare leven ligt stil. Dus voor iedereen hetzelfde, iedereen mist het nu. Het is fijn op een rare manier, dat de wereld even stil lijkt de staan, en anderen verplicht met jou dat ook moeten doen, het schept een beetje een band. Maar je weet dat ook die niet zal blijven. Dat die ook zal vergaan, zodra zij weer naar buiten gaan, en jij zal moeten binnen blijven. Je hoopt dat het niet zo zal zijn, maar je weet dat de kans heel erg groot is. Juist omdat iedereen het vroegere zo hard mist, en er liefst zo gauw mogelijk weer zal willen in duiken. Wat je ook kan begrijpen.
Want jij zelf ook. Jij zou na de quarantaine ook het aller allerliefste weer genezen willen zijn, en met volle teugen je in het bruisende hernieuwde leven storten. Maar dat is niet wat zal gebeuren.
Het maakt weemoedig. Omdat het gemis al zo groot was, en de ziekte je al zoveel afpakte, van wat je zo graag had gedaan. Je zag het aan je neus voorbijgaan, omdat je met ongelijke wapens in de strijd moet staan, soms middenin de vuurlinie.
Vandaag mag het missen er daarom gewoon…zijn. Ik weet heel zeker dat het er voor velen ook echt hard is. Op heel veel plaatsen in de wereld, voor heel heel veel mensen. Dat weet ik zeker, dat lees en zie ik, hoor ik van mensen ver en dichtbij, ziek en gezond. Ook al probeert iedereen er het beste van te maken, het gemis is er ook.’ Ik mis je’ zijn drie woorden die vandaag veelvuldig weerklinken denk ik, in vele verschillende contexten. Ik mis je ook. Ik mis het ook.
Daarom heb ik even geen zin in het beschrijven van oplossingen en alternatieven. Het mag er gewoon zijn. Omdat het ook niet meteen op te lossen valt. Het hoort erbij.
Maar ik deel wel het liedje “ Nu weet ik wat het is”. Het komt uit een voorstelling BRSKTG! die ik eind jaren negentig maakte voor kinderen, in niet zo makkelijke omstandigheden. Maar het werd mooi. Samen met Jef Aerts – toen dramaturg en nu succesvol jeugdboeken auteur – bewerkten we die dierenverhalen van Toon Tellegen tot een fijne theatertekst. Elvis Peeters, muzikant en ander succesvol schrijver, schreef de liedjesteksten. Kristien Van Pellicom was de actrice die vertelde, je zag haar vast al op de televisie en in het theater. Geert Waegeman (Cro Magnon, Het Nieuwstedelijk e.a.) en Gerrit Valckenaers (VRT/Klara e.a.) maakten samen met Elvis de muziek voor de voorstelling, waarin ze alledrie meespeelden. Je hoort Elvis Peeters en actrice Kristien Van Pellicom zingen. Het is nog altijd een prachtige kleine cd als ik hem zo terug hoor. Het was een fijne poëtische voorstelling waar ik veel van hield. Daarom zet ik hieronder een link, waarop je het liedje kan beluisteren. Omdat het zo mooi is, troostend, eenvoudig en herkenbaar. Eekhoorn, eerder een groot filosoof, wist eerst niet wat het was om iemand te missen. Hoe hij er ook over na dacht. Het was pas toen Mier weg was, dat hij op een dag besefte en voelde wat missen was. Hoezeer hij Mier miste : ‘Mier! Ik mis je! Nu weet ik wat het is.’
Gelukkig kwam Mier op een dag weer terug. Gelukkig zal deze toestand op een dag weer voorbij zijn. Gelukkig zal voor heel velen dit gemis voorbijgaan. Gelukkig maar. En voor anderen, die een hele hoop gemis in hun rugzak verder meetorsen, zal het ook weer wat draaglijker worden, dat moet je blijven geloven.
Maar vandaag lieve Mier, mag ik je heel erg missen. Misschien kom je nooit meer terug, en dat doet me pijn. Maar ik zal dit liedje zingen, tot het beter wordt. En wie weet wat dan. Wie weet zie ik je dan terug.
Veel liefs X
Dankjewel Geert Waegeman om me een goeie online versie van het liedje door te sturen, zodat de kwaliteit bewaard bleef en ik geen opname via mijn telefoon moest maken.
‘Misschien wisten zij alles’ van Tellegen is overigens een héél grote aanrader om te lezen, voor groot en klein, voor iedereen. Korte verhalen, voor elke dag één. Hij is een van onze grootste Nederlandstalige schrijvers en dichters.
Foto boven: Ground Squirrel (Sciurus) from The natural history of Carolina, Florida, and the Bahama Islands (1754) by Mark Catesby(1683-1749). Original from Biodiversity Heritage Library. Digitally enhanced by rawpixel. Public Domain.